background image
Evenementenadvisering

Dieren op evenementen

Laatste update: 18 januari 2024

Dieren op evenementen kunnen ziekten overbrengen. Infectieziekten die specifiek van dieren naar mensen worden overgedragen heten zoönosen. Een dier hoeft zelf niet ziek te zijn, maar het kan de ziekteverwekker wel bij zich dragen. Door bijvoorbeeld aaien en knuffelen worden deze ziekten gemakkelijk overgebracht naar de handen van mensen, bijvoorbeeld via mest die in de vacht blijft kleven. Ook kunnen mensen ziek worden door het inademen van de ziekteverwekkers.

Informeren over dieren op evenementen

De organisator moet bij de Nederlandse Voedsel-en Warenautoriteit (NVWA) melding doen van dieren op evenementen. Omdat dieren ziekteverwekkers met zich mee kunnen dragen, is het belangrijk dat een organisator bezoekers op de hoogte stelt van de regels omtrent de aanwezige dieren.

Hang informatie over het belang hiervan bij de entree van het evenement en benadruk het volgende advies:

Het wassen van de handen

  • na het aaien van dieren;
  • voor en na het eten;
  • voordat met het gezicht aanraakt.
  • Aandachtspunten bij dieren op evenementen
    • Zorg dat ruimtes waar gegeten wordt gescheiden zijn van de dierenverblijven.
    • Laat bezoekers niet in de buurt van of in aanraking komen met mest of dierlijk afval. Houd paden en gebieden waar bezoekers komen vrij van mest om verspreiding te voorkomen
    • Laat geen snoeren en/of andere obstakels over de looppaden lopen. Dit om struikelen en dus eventuele schade/ontsnapping van dieren te voorkomen en hulpverleners er indien nodig eenvoudig bij kunnen laten komen.
    • Vermijd mogelijke gevaren, zoals het bijten, trappen of krabben van de bezoekers door de dieren.
    • Zorg voor voldoende afvalbakken om vuil en afval in te deponeren.
  • Vogels op een evenement

    Zijn er vogels op het evenement of organiseert u een specifiek vogelevenement? Vogels kunnen psittacose (papegaaienziekte, een soort longontsteking) overbrengen. Mensen kunnen besmet raken wanneer ze deze bacteriën inademen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer stof of waterdruppeltjes, besmet met de ziekteverwekkende bacterie, door de lucht dwarrelt (bijvoorbeeld via strooisel uit vogelkooien). Zorg dat bezoekers hierover duidelijke informatie krijgen.

    Kijk op de website van het RIVM voor meer informatie over de papegaaienziekte.

    • Laat alleen gezonde, schoon ogende vogels toe op het evenement. Zonder een zieke vogel meteen af van het publiek.
    • Spreek met de eigenaren van de vogels af, dat zij het aan u melden als een vogel binnen 4 weken na het evenement ziek wordt. Passen de verschijnselen bij psittacose? Meld dit dan aan de NVWA. Adviseer de eigenaren contact op te nemen met de dierenarts.
  • Wedstrijden met dieren
    • Wedstrijden met dieren, zoals paardenrennen, ringsteekwedstrijden en dergelijke, mogen geen gevaar voor het publiek opleveren.
    • Het parcours moet met hekken afgeschermd zijn.
    • Uitsteeksels bij de aanhangwagens en dergelijke moeten worden voorkomen; deze kunnen mensen verwonden.
    • Geef het publiek geen toegang tot de stallen, veewagens, et cetera.
  • Inrichting dierenverblijven

    Let op de volgende algemene eisen:

    • Zorg dat de grond in binnenverblijven geen vocht kan opnemen en gemakkelijk schoon te maken is. Gebruik absorberend materiaal of stro.
    • Richt (vogel)verblijven zo in dat ze goed schoon te houden zijn, zorg voor voldoende ventilatie en vermijd de verspreiding van stof.
    • Plaats een wastafel met stromend water, een zeepdispenser, wegwerphanddoekjes en een afvalbak in de directe omgeving van de dierverblijven, waar bezoekers, eigenaren en werknemers hun handen kunnen wassen na het contact met dieren. Geef duidelijk aan waar deze zich bevinden.
    • Maak voldoende ventilatieopeningen of zorg dat ramen open kunnen en direct in contact staan met de buitenlucht.
    • Plaats drinkbakken buiten het bereik van bezoekers.
    • Zorg voor speciale uitlaatplekken voor dieren zonder vast verblijf (zoals honden en katten).
    • Plaats schoenen- of laarzenborstels bij de in- en uitgang van dierverblijven.
    • Uit het oogpunt van dierenwelzijn: zorg ervoor dat dieren voldoende schuil- en rustplekken, voer en water hebben.
  • Preventie zieke dieren op evenementen

    Om medewerkers en bezoekers van het evenement zo goed mogelijk tegen infectieziekten te beschermen, is het belangrijk dat de dieren gezond zijn. Worden de dieren toch ziek op het evenement, dan moet de organisator het risico op besmetting naar andere dieren en mensen zo klein mogelijk maken. Houd hiertoe een logboek bij. Hierin moet het volgende staan:

    • de aantallen en soorten dieren met (indien van toepassing) identificatiekenmerken en informatie over de gekregen vaccinaties;
    • aan-en afvoer van de dieren en bijbehorende data;
    • bijzonderheden met betrekking tot eventuele ziekten van de dieren;
    • controle door de dierenarts, bevindingen en eventueel ingestelde therapie.

    Voorkom dat bezoekers in contact kunnen komen met dode of zieke dieren. Wordt er tijdens of binnen 4 weken na het evenement een ongebruikelijk aantal vogels ziek en passen de verschijnselen bij psittacose? Meld dit dan aan de NVWA. Adviseer de eigenaren contact op te nemen met de dierenarts.

    Laat u bij de organisatie van het evenement adviseren door een deskundige vogeldierenarts, bijvoorbeeld over het nemen en inzenden van monsters.

  • Schoonmaak dierverblijven

    Op evenementen met dieren kunnen ziekteverwekkers zich gemakkelijk via mest en voerbakken verspreiden. Zorg dat deze minimaal dagelijks schoongemaakt worden. Zorg er ook voor dat er voldoende dierenverzorgers aanwezig zijn, die verantwoordelijk zijn voor de schoonmaak en hygiëne van de dierverblijven.

    Stel een schoonmaakbeleid voor stallen en hokken op, met daarin in ieder geval de volgende punten:

    • Was de handen na de schoonmaakwerkzaamheden.
    • Draag beschermende werkkleding, met laarzen en handschoenen. Treedt er stofvorming op bij het schoonmaken? Draag dan ook een mondneusmasker van het type FFP2 met CE-markering.
    • Verschoon strooisel, mest, voerresten en water minimaal dagelijks.
    • Voorkom dat er mest ligt op de paden en plaatsen waar mensen lopen.
    • Voorkom dat er na het schoonmaken grote plassen water achterblijven.
  • Voorkom uitbraak van ziektes

    Hanteer een juist hygiënebeleid ter preventie van uitbraak van ziektes:

    • Zet verdachte dieren in overleg met de dierenarts in quarantaine; de vorm van quarantaine is afhankelijk van de aandoening. Meld de situatie bij de GGD.
    • Schakel een dierenarts in bij verdenking van meer dan één ziek dier.
    • Reinig en desinfecteer of, indien nodig, steriliseer besmette materialen.
    • Maak de uitbraak duidelijk kenbaar en informeer de bezoekers. Neem contact op met de GGD bij vragen of twijfel over de genomen maatregelen.
    • Stel de medewerkers op de hoogte van de maatregelen.