Kleinproever wordt fijnproever

Uw baby en groentehapjes

Kinderen en volwassenen eten te weinig groente. Laat uw kindje vanaf 4 maanden hapjes groente proeven. Zo wennen ze aan andere smaken dan die van melk.

Oefenen met hapjes groente heeft nog meer voordelen. Uw kindje leert happen van de lepel en oefent zo de mondspieren. Als u tussen 4 en 6 maanden begint met ‘oefenhapjes’ wordt de kans op voedselallergie kleiner.

Wat kunt u als oefenhapje geven?

Geef een lepeltje geprakte of gepureerde groente. Kies eerst voor groente met een zachte smaak, dan is het verschil met de zoete smaak van borstvoeding of flesvoeding niet zo groot. Voorbeelden hiervan zijn bloemkool, doperwtjes, boontjes, broccoli, worteltjes en pompoen.

Geef een aantal dagen achter elkaar dezelfde groente. Dit kunt u tegelijk klaarmaken. Bewaar de rest van de groente hapjes in de vriezer. Bijvoorbeeld in een vorm voor ijsblokjes.

Hoe een oefenhapje klaarmaken?

Kook de groente in ieder geval zonder zout.

  • Bij kindjes vanaf 4 maanden maakt u de groente fijn met een blender of staafmixer. U kunt ook prakken met een vork. In het begin maakt u het hapje heel fijn. Het kan helpen om een beetje moeder- of babymelk door het hapje te doen. Dat eet makkelijker.
  • Vanaf 6 maanden heeft uw kindje de vaste voeding echt nodig naast de borst- of flesvoeding.
  • Als uw kindje 8 maanden is, hoeft u de groente niet meer te pureren. Zo leert uw kindje kauwen en zijn tandjes gebruiken. Begin eerst met geprakte hapjes. Gaat dat goed, dan kan u het eten steeds iets minder fijn maken.
  • Wanneer uw kindje goed rechtop kan zitten, kauwen en slikken, mag u grotere stukjes geven. Om kinderen te laten wennen aan alle verschillende structuren is het goed ze af en toe zelf met de handjes te laten eten.
  • Is uw kind 12 maanden? Dan kan hij of zij met u mee eten.